De recente ontwikkelingen in de Arabische wereld hebben een direct gevolg voor de internationale luchtvaart. Immers, tussen 18 en 24 februari schoot de prijs voor een vat olie omhoog van 86 naar 103 dollar: een stijging van zo’n twintig procent in één week! De meeste luchtvaartmaatschappijen hebben echter geleerd van de vorige crisis, die van 2008. Als ze dat nog niet al gedaan hadden, zijn ze toen vaak overgestapt op ‘hedging’ van brandstofprijzen.
Met ‘hedging’ kan een luchtvaartmaatschappij zich indekken tegen schommelingen in de kerosineprijs. Dat doet men dan door het vooraf inkopen van termijncontracten in kerosine. Als de brandstofprijs dan stijgt, levert dat weliswaar een verlies op voor de airline, maar dat wordt dan weer (minstens) gecompenseerd door winst op de termijncontracten.
Probleem is echter dat die interne compensatie niet zichtbaar is voor de externe klant. Die leest alleen in de krant over de onrust in de Arabische wereld en dat als gevolg daarvan de brandstofprijzen stijgen. En dus kan hij haast niet anders concluderen dan het logisch is dat de ticketprijs ook iets stijgt. Schijn kan dus bedriegen.
Maar hoeveel? Dat wordt niet zichtbaar gemaakt in de verschillende componenten van de ticketprijs. Transparantie ontbreekt voor de gewone internetboeker. Met geavanceerde systemen kan een zakenreisspecialist echter toch goed volgen hoe de verschillen per luchtvaartmaatschappij (zelfs lowcost) en per regio zich ontwikkelen. De adviezen van zo’n reisagent kunnen voor een zakelijke klant een beslissend voordeel opleveren.
Natuurlijk moet voor het professionele advies van een reisspecialist betaald worden. Maar of schijn nou wel of niet bedriegt, één ding is zeker: deze kost gaat voor een baat uit!
John Jansen
Member of the Board, ATPI