Eind 2014 presenteerde de luchtvaartcombinatie met veel bombarie grootse plannen met Transavia. De KLM-dochter, die Nederland en Frankrijk als thuismarkt heeft, zou met bases in Duitsland, Spanje en Portugal de concurrentie aan moeten gaan met prijsvechters als easyJet, Ryanair, Norwegian en Wizz Air.
Tegenover de torenhoge ambities stonden echter weinig daden. Waar de grote spelers op de lowcost markt beschikken over soms wel honderden vliegtuigen ontbrak het Air France-KLM aan de middelen om op grote schaal te investeren in vlootuitbreiding en personeel.

Andere focus
Maandagavond maakte Transavia onverwacht bekend te stoppen met haar enige buitenlandse basis. De activiteiten in München worden aan het eind van de zomer opgedoekt. Op de vluchten vanuit Duitsland werd verlies geleden. Jaren geleden probeerde Transavia het ook al eens met een basis in Kopenhagen, maar ook daar ging vroegtijdig de stekker uit. “Of we het te kort de kans hebben gegeven? Nee, soms moet je ingrijpen als het niet naar verwachting loopt”, zegt Elbers. “Of, zoals general MacArthur ooit zei: we are not retreating, we are advancing in another direction.”

Air France-KLM wil dat Transavia zich nu in het kader van het herstructureringsprogramma ‘Trust Together’ gaat concentreren op de thuismarkten in Nederland en Frankrijk. “Op Eindhoven en Rotterdam groeien we en ook de Franse markt biedt voldoende perspectief.”

Perspectief Boost
Onlangs lanceerde Air France-KLM het zogeheten ‘Boost’, de werknaam van een longhaul luchtvaartmaatschappij die tegen lage kosten moet concurreren met airlines uit het Midden-Oosten. Experts verwachten daar weinig van, gezien de zeer bescheiden slagkracht. Volgens insiders wordt Boost vooral gebruikt om de loonkosten te drukken bij Air France, dat de afgelopen jaren talloze keren in conflict was met piloten, met de bijbehorende stakingen als gevolg.

Topman Jean-Marc Janaillac van Air France-KLM is echter positief gestemd over project Boost. “Het wordt ons antwoord op de concurrentie uit de Verenigde Arabische Emiraten.” De plannen zijn echter nog in bereid bij de pilotenbonden, die daar 20 februari een uitspraak over doen. “Als het idee wordt verworpen moeten we iets anders bedenken. We hebben, eerlijk gezegd, geen alternatief.”