AMSTERDAM - Luchtvaartjournalist Arnold Burlage presenteert vandaag in De Telegraaf een interview met KLM-topman Leo van Wijk ter gelegenheid van het 85-jarig bestaan van de maatschappij. Als het aan Van Wijk ligt, is er ook na de fusie met Air France reden genoeg om dat jubileum te vieren. “De KLM is na 85 jaar niet verdwenen, al wordt dat wel beweerd.”

“De eerste helft is gespeeld, de tweede helft is begonnen. Het nieuwe team is sterker in deze wedstrijd… met twee spitsen, KLM en Air France. Voor mij staat dat zo vast als een huis”, aldus Van Wijk. “Het voortbestaan is gegarandeerd, dank zij de samenwerking, waarvoor we hebben gekozen. Dat was het doel”, zegt hij.

Het besluit viel ook Leo van Wijk niet gemakkelijk, vertrouwt hij Arnold Burlage toe. “Ik voelde nooit eerder mijn verantwoordelijkheid zo sterk. Mijn voorgangers hebben het KLM-erfgoed goed beheerd. Dan zul je maar in een positie raken om te moeten ingrijpen. Toch bestond geen enkele twijfel, omdat het op de lange termijn de enige kans op overleven was.”

Pioniers
Samenwerking is voor de KLM niets nieuws onder de zon. “We zijn met samenwerking in de luchtvaart wereldwijd altijd al pioniers geweest. We hebben dat in de afgelopen 85 jaar beter geleerd, meer dan wie ook van onze concurrenten”, vervolgt de KLM president, die over de hele wereld lof oogst met zijn visie en daden.

“Hooguit de vorm van de samenwerking is nu nieuw. Een volledige fusie, dat is baanbrekend in de luchtvaart. Ook daarmee zijn we dus weer voortrekkers, één pan- Europese luchtvaartonderneming, twee vliegbedrijven. We blijven zo niet alleen overeind, maar we zijn één van de grote wereldspelers geworden en niet gedoemd een regionaal maatschappijtje te worden zoals het oude Sabena en het legendarische Swissair.”

“Voor de fusie stonden we op de wereldranglijst nummer 14. Nu zijn we in omzet nummer één en in aantal passagiers nummer drie”, stelt Leo van Wijk in het ochtendblad vast.