SCHIPHOL - Dak- en thuislozen nemen nog nauwelijks hun toevlucht tot Schiphol. Vijf jaar geleden verbleven er op de luchthaven nog 67 zwervers die er langdurig rondhingen. Daar is nu slechts een klein groepje van over. Dat maakte het Leger des Heils maandag (17 december) bekend.

Het Leger des Heils opende vijf jaar geleden een dienstencentrum op Schiphol met de bedoeling de daar verblijvende dak- en thuislozen te helpen. Van de 465 mensen die het centrum benaderde, vertrok 85 procent vrijwel direct na de bemiddeling door het heilsleger. De meesten werden begeleid naar opvanginstellingen elders in het land.

Van de vaste groep zwervers is 19 procent naar het buitenland vertrokken, een klein deel kreeg onderdak bij familie of vrienden of vertrok naar onbekende bestemming. Ruim 80 procent van de mensen die op de luchthaven rondhangen is man, tussen de 30 en 49 jaar oud. Van hen is 40 procent Nederlander van geboorte. 10 Procent komt van de Antillen of uit Suriname. Het aantal dak- en thuislozen dat is verslaafd, is sterk gedaald. In 2003 had 40 procent van de Schiphol-groep een of andere verslaving. In 2007 was dit percentage gedaald tot 17.

De aanpak van het dak-en thuislozenprobleem op de nationale luchthaven is gericht op het elders onderbrengen van de mensen. De hulpverleners zoeken de cliënten actief op, bemiddelen en verwijzen door naar opvang elders. Die vindt steeds meer buiten de Randstad plaats, omdat de grote steden strenge toelatingsregels hanteren voor dak- en thuislozen.

Nu de aanpak van het Leger des Heils zo succesvol is, krijgt het dienstcentrum een permanent onderkomen op de luchthaven in plaats van de huidige mobiele ruimtes. Maandag had op Schiphol een symposium plaats ter gelegenheid van het eerste lustrum van het centrum.

(c) ANP