DEN HAAG - De beoordelingscommissie onder leiding van oud-minister Jeroen Dijsselbloem gaat zich over 35 projecten buigen die aanspraak willen maken op een investering uit het Groeifonds, waaronder het project Luchtvaart in Transitie van 504 miljoen euro. De commissie zal de projecten in deze tweede investeringsronde aan bepaalde criteria toetsen en komt eind maart, begin april met een advies, melden de ministers Adriaansens (Economische Zaken) en Kaag (Financiën) aan de Tweede Kamer.
(Lees onderaan dit artikel meer over Luchtvaart in Transitie)
Wopke/Wiebes-fonds
Het gaat om investeringen uit het Nationaal Groeifonds, vaak het Wopke/Wiebes-fonds genoemd, naar de voorgangers van Kaag en Adriaansens in het vorige kabinet. De projecten worden getoetst op onder meer hun bijdrage aan economische groei, de kwaliteit van het voorstel en de "strategische onderbouwing" ervan.
Verschillende ministeries dienden de projecten in. In eerste instantie waren het er 37. Twee voorstellen "hebben niet voldoende informatie aangeleverd om aan te tonen waarom een bijdrage uit het Nationaal Groeifonds gerechtvaardigd is ten opzichte van bestaande instrumenten en voldoen daarmee niet aan het criterium publieke additionaliteit".
Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) dienden allebei tien projecten in van de 35 waarover de commissie zich zal buigen. Van Infrastructuur en Waterstaat komen acht projecten, Landbouw diende er drie in. Twee projecten komen van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het ministerie van Defensie hebben allebei één project op hun naam staan.
Het gaat om een breed scala aan voorstellen. Voor batterij-elektrische en schone binnenvaart, voor de geplande Einstein Telescope, die zwaartekrachtgolven moet detecteren en bestuderen. Ook liggen er plannen voor "digitale oplossingen" voor onderwijsproblemen, en "zelfdenkende moleculaire systemen".
Infrastructuurprojecten
Hoewel het nieuwe kabinet de pijler 'infrastructuur' uit het Groeifonds wil halen, zijn in deze ronde nog zes projecten die in die pijler vallen. "Omdat deze ronde al liep" doen deze projecten dus nog volwaardig mee. "Daarop gedurende het proces op ingrijpen vinden wij onredelijk richting de consortia die hebben meegewerkt aan de opgestelde voorstellen", schrijven de ministers aan de Tweede Kamer. Als de projecten een positief advies krijgen, komen ze dus gewoon in aanmerking voor financiering.
Er was al langer kritiek op de infrastructuur-pijler. Deze zou te veel gericht zijn op een bijdrage aan economische groei, en daarbij te weinig oog houden voor bijvoorbeeld de transitie naar een groene economie. Daarom is bijvoorbeeld ook de reservering van 1,5 miljard euro voor de doortrekking van de Noord-Zuidlijn naar Schiphol, uit de eerste ronde van het Groeifonds, overgeheveld naar het Mobiliteitsfonds.
Luchtvaart in Transitie
Eén van de 35 projecten die nu in de tweede ronde beoordeeld worden (en het enige echte luchtvaartproject) is Luchtvaart in Transitie, waarvoor 504 miljoen euro uit het Groeifonds gevraagd wordt. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is het indienende departement, met steun van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Het project wordt getrokken door een consortium van Royal Schiphol Group, Lucht- en Ruimtevaart Nederland, SkyNRG, Koninklijke NLR, TU Delft en hun partners.
Volgens het plan staan knelpunten - zoals de onderlinge afhankelijkheid, grote risicovolle schaalsprongen, een gebrek aan testruimte en een gebrek aan technisch personeel - het verduurzamen van de luchtvaart in de weg. Het programma Luchtvaart in Transitie zou deze knelpunten oplossen door de luchtvaartsector te verenigen en bouwt hiervoor een open innovatie-infrastructuur door: (1) het realiseren van first-of-a-kind-pilotfaciliteiten voor synthetische vliegtuigbrandstof, (2) het ontwikkelen van duurzame ultra-efficiënte demonstratievliegtuigen met doorbraaktechnologie voor waterstofaandrijving, materialen en systemen, en (3) het inrichten van een proeftuin met laad- en tankinfrastructuur en fieldlabs op Nederlandse luchthavens voor de hele luchtvaartketen.
Volgens de indieners heeft de Nederlandse luchtvaartsector hierdoor “de kans om als pionier in Europa te acteren in de transitie naar duurzame luchtvaart”. De gevraagde investering van 504 miljoen euro zou naar verwachting “meerdere keren terugverdiend” kunnen worden.