AMSTERDAM - Een Boeing 747-400 van Air New Zealand (ANZ) gaat later dit jaar vliegen op brandstof, gemaakt van olie uit zaden van de jatropha-plant. Dat zei milieuwoordvoerder Terrance Scott van Boeing vrijdag (13 juni) in Amsterdam, waar de vliegtuigbouwer een duurzaamheidsconferentie organiseerde. Eerder dit jaar vloog een Boeing 747 van Virgin Atlantic op biobrandstof gemaakt van palmolie en kokosolie.
De zaden van de jatropha-plant zijn giftig en vormen daarom volgens Boeing geen concurrent van de voedselketen. “Bovendien groeit de plant erg snel, zodat de noten constant beschikbaar zijn”, zegt Scott. Ook kan de plant groeien op droge en onvruchtbare grond en hebben ziektes en insecten er geen vat op.
Omdat Jatropha niet eetbaar en efficiënter is wordt het gezien als een ‘tweede generatie’ biobrandstof. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld sojabonen, die wel nadrukkelijk concurreren met de voedselketen en als ‘eerste generatie’ biobrandstof worden aangeduid. Ook algen worden gezien als ‘tweede generatie’ biobrandstof.
De testvlucht met jatropha-biobrandstof maakt deel uit van de zoektocht van Boeing naar een biobrandstof die geschikt is voor de toepassing in de huidige generatie verkeersvliegtuigen. Dit moet enerzijds leiden tot een betere brandstofefficiëntie en anderzijds tot een reductie van de uitstoot van schadelijke stoffen.
De testvlucht met de Boeing 747 van Air New Zealand vindt plaats in nauwe samenwerking met zowel Boeing als motorenfabrikant Rolls-Royce. Binnen vijf jaar wil Air New Zealand het voor elkaar krijgen dat tien procent van alle brandstof die het gebruikt bestaat uit duurzame biobrandstof. Het gaat hierbij om een miljoen vaten per jaar.
Van onze verslaggever
De zaden van de jatropha-plant zijn giftig en vormen daarom volgens Boeing geen concurrent van de voedselketen. “Bovendien groeit de plant erg snel, zodat de noten constant beschikbaar zijn”, zegt Scott. Ook kan de plant groeien op droge en onvruchtbare grond en hebben ziektes en insecten er geen vat op.
Omdat Jatropha niet eetbaar en efficiënter is wordt het gezien als een ‘tweede generatie’ biobrandstof. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld sojabonen, die wel nadrukkelijk concurreren met de voedselketen en als ‘eerste generatie’ biobrandstof worden aangeduid. Ook algen worden gezien als ‘tweede generatie’ biobrandstof.
De testvlucht met jatropha-biobrandstof maakt deel uit van de zoektocht van Boeing naar een biobrandstof die geschikt is voor de toepassing in de huidige generatie verkeersvliegtuigen. Dit moet enerzijds leiden tot een betere brandstofefficiëntie en anderzijds tot een reductie van de uitstoot van schadelijke stoffen.
De testvlucht met de Boeing 747 van Air New Zealand vindt plaats in nauwe samenwerking met zowel Boeing als motorenfabrikant Rolls-Royce. Binnen vijf jaar wil Air New Zealand het voor elkaar krijgen dat tien procent van alle brandstof die het gebruikt bestaat uit duurzame biobrandstof. Het gaat hierbij om een miljoen vaten per jaar.
Van onze verslaggever