DELFT - De TU Delft presenteert op 23 juli de DelFly Micro. Dit vliegtuigje, met een gewicht van slechts drie gram, is een zogenoemd Micro Air Vehicle (MAV). Met zijn twee paar flappende vleugels lijkt de DelFly Micro nog het meest op een libel. Vliegtuigjes als de DelFly Micro kunnen in de toekomst mogelijk worden ingezet voor observatievluchten.
De Micro is met zijn spanwijdte van tien centimeter de flink kleinere opvolger van de succesvolle DelFly I (2005 ) en DelFly II (2006). De DelFly Micro kan met zijn minuscule batterij van ongeveer é;;é;;n gram circa drie minuten vliegen en heeft een maximale snelheid van vijf meter per seconde.
Het basisprincipe van de DelFly's is ontleend aan de natuur. De 'libel' heeft een cameraatje (circa 0,5 gram) aan boord dat zijn signalen doorstuurt naar een grondstation. Met zelf ontwikkelde software kunnen vervolgens objecten zelfstandig worden herkend. De camera stuurt beelden van tv-kwaliteit door.
Op basis van deze beelden is de eerder ontwikkelde DelFly II te besturen vanachter de computer. Het is dan mogelijk het vliegtuigje met een joystick te sturen, alsof je zelf in de 'cockpit' van het vliegtuigje zit. Ook met de Delfly Micro wordt hier naar toe gewerkt.
De ontwikkeling staat niet stil. Over enkele jaren moet de DelFly NaNo, met een spanwijdte van vijf centimeter en een gewicht van é;;é;; gram, klaar zijn. De Micro is een belangrijke tussenstap in dit ontwikkelproces. Het is de bedoeling dat de DelFly's dankzij beeldherkeningssoftware geheel autonoom kunnen vliegen.
De Micro is met zijn spanwijdte van tien centimeter de flink kleinere opvolger van de succesvolle DelFly I (2005 ) en DelFly II (2006). De DelFly Micro kan met zijn minuscule batterij van ongeveer é;;é;;n gram circa drie minuten vliegen en heeft een maximale snelheid van vijf meter per seconde.
Het basisprincipe van de DelFly's is ontleend aan de natuur. De 'libel' heeft een cameraatje (circa 0,5 gram) aan boord dat zijn signalen doorstuurt naar een grondstation. Met zelf ontwikkelde software kunnen vervolgens objecten zelfstandig worden herkend. De camera stuurt beelden van tv-kwaliteit door.
Op basis van deze beelden is de eerder ontwikkelde DelFly II te besturen vanachter de computer. Het is dan mogelijk het vliegtuigje met een joystick te sturen, alsof je zelf in de 'cockpit' van het vliegtuigje zit. Ook met de Delfly Micro wordt hier naar toe gewerkt.
De ontwikkeling staat niet stil. Over enkele jaren moet de DelFly NaNo, met een spanwijdte van vijf centimeter en een gewicht van é;;é;; gram, klaar zijn. De Micro is een belangrijke tussenstap in dit ontwikkelproces. Het is de bedoeling dat de DelFly's dankzij beeldherkeningssoftware geheel autonoom kunnen vliegen.