De KLM maakte de resultaten over de afgelopen maand bekend. De beladingsgraad daalde met 4,6 procent naar 78,4 procent. Het aantal vervoerde passagiers ging van 84,5 naar 77,1 procent (min 7,4 procent). Het vrachtvervoer liep terug van 77,6 naar 74,6 procent.
Vergelijkende twaalf-maandcijfers (van april tot en met maart) tussen 2003 en 2002 gaven nog het volgende beeld:
De beladingsgraad nam toe met 1,3 procent (van 76,9 naar 78,2 procent), het aantal vervoerde passagiers groeide met 0,5 procent ( van 78,9 naar 79,4 procent). In de sector vracht was er een groei van 2,1 procent (van 69,6 naar 71,7 procent).
Per 24 maart voerde de KLM een aantal maatregelen door teneinde het capaciteitsaanbod in overeenstemming te brengen met de afnemende vraag. Dat heeft onder meer te maken met de oorlog in Irak en de gevolgen van de ziekte die bekend staat als SARS (Severe Acute Respiratory Syndrom), die wereldwijd al meer dan 75 dodelijke slachtoffers heeft geëist, terwijl zeker zo’n 1.800 mensen met het virus zijn besmet.
Op de verschillende routes liep de beladingsgraad fors achteruit. Op de Noord-Atlantische route 7,5 procent, naar Azië en de Pacific 10,3 procent, het Midden-Oosten 32 procent. Binnen Europa was de daling 2 procent.
Vergelijkende twaalf-maandcijfers (van april tot en met maart) tussen 2003 en 2002 gaven nog het volgende beeld:
De beladingsgraad nam toe met 1,3 procent (van 76,9 naar 78,2 procent), het aantal vervoerde passagiers groeide met 0,5 procent ( van 78,9 naar 79,4 procent). In de sector vracht was er een groei van 2,1 procent (van 69,6 naar 71,7 procent).
Per 24 maart voerde de KLM een aantal maatregelen door teneinde het capaciteitsaanbod in overeenstemming te brengen met de afnemende vraag. Dat heeft onder meer te maken met de oorlog in Irak en de gevolgen van de ziekte die bekend staat als SARS (Severe Acute Respiratory Syndrom), die wereldwijd al meer dan 75 dodelijke slachtoffers heeft geëist, terwijl zeker zo’n 1.800 mensen met het virus zijn besmet.
Op de verschillende routes liep de beladingsgraad fors achteruit. Op de Noord-Atlantische route 7,5 procent, naar Azië en de Pacific 10,3 procent, het Midden-Oosten 32 procent. Binnen Europa was de daling 2 procent.