De brief is ondertekend door IATA, Airlines4Europe en BARIN, respectievelijk de mondiale, Europese en Nederlandse belangenbehartigers van de luchtvaartsector. Zij schrijven dat verdriedubbeling van de vliegtaks zorgt voor “een aanzienlijke vermindering van de mogelijkheden om te investeren in vlootvernieuwing, wat een veel effectievere maatregel is om de uitstoot te verlagen.”

Ook zorgt de hogere vliegtaks ervoor dat “reizen per vliegtuig duurder wordt voor Nederlanders, met als gevolg dat dit meer een vervoermiddel voor de bevoorrechte burgers wordt.” Ook, zo staat in de brief, wijkt een deel van de reizigers uit naar het buitenland. “CO2-emissies kennen geen grenzen; daarom moet de aanpak van het probleem op mondiaal niveau plaatsvinden.”

Minister Kaag wordt erop gewezen dat de luchtvaartsector niet stilzit: “de [brandstof]efficiëntie per passagierskilometer is sinds 1990 meer dan verdubbeld als gevolg van vlootvernieuwingen en investeringen in nieuwe technologieën.” Om verder te verduurzamen, zou het volgens de brief beter zijn om te investeren in duurzame brandstoffen en de Single European Sky.

Mocht de verdriedubbeling van de vliegtaks toch doorgaan (en die kans is groot), dan zou volgens IATA, A4E en BARIN bij de implementatie de boekingsdatum en niet de vluchtdatum leidend moeten zijn. Anders moeten airlines achteraf miljoenen euro’s in rekening brengen bij passagiers die al een ticket geboekt hebben, en dat is erg lastig, waardoor ze het in feite zelf moeten ophoesten.

400 miljoen euro extra
Met de verdriedubbeling van de vliegtaks wil de Nederlandse regering jaarlijks 400 miljoen euro extra ophalen. Ongeveer de helft van dat bedrag moet van de KLM Groep komen, waar ook Transavia bij hoort. De opbrengst gaat naar de algemene middelen (de 'schatkist' waaruit de meeste overheidsuitgaven betaald worden), en niet terug naar de sector voor verduurzaming.