SCHIPHOL - Martinair bestaat op 24 mei vijftig jaar. Een mijlpaal voor ‘The other Dutch airline’ die niet op het meest ideale moment wordt bereikt. Vanwege een recente reorganisatie en de niet florissante financiële cijfers gaat dit gouden jubileum niet gepaard met vuurwerk en knallende kurken. Ook is de toekomst (wel of geen overname door KLM?) van Martinair onzeker. Het jubileum is wel een mooie gelegenheid om terug te kijken op de roemrijke geschiedenis van de maatschappij.
Het begon allemaal in 1958. De jonge piloot en luchtvaartondernemer Martin Schröder startte op Schiphol een bedrijfje dat zich toelegde op zowel rondvluchten als charters. Martin’s Air Charter (MAC) was geboren. Het eerste vliegtuig in de vloot was een De Havilland Dove, een tweemotorig propellertoestel.
De eerste buitenlandse bestemming van MAC was Palma de Mallorca. In die tijd een vlucht die vijf uur in beslag nam. Passagiers kregen geen warme maaltijd. De catering bestond uit zelf gesmeerde broodjes en koffie uit een thermoskan.
Begin jaren zestig worden grotere toestellen aan de vloot toegevoegd, zoals de DC-3 Dakota en de DC-4 Skymaster. Aan het eind van het decennium volgt ook de grotere DC-7, waarmee ook verre bestemmingen worden aangevlogen. Inmiddels is MAC al gestart met het uitvoeren van vakantievluchten in opdracht van reisorganisaties.
KLM neemt aandeel
In 1966 wordt de afkorting MAC vervangen door de nieuwe naam Martinair Holland. Grote bedrijven hebben dan al hun interesse in de luchtvaartmaatschappij getoond. Hoofdaandeelhouder Martin Schröder krijgt gezelschap van vier scheepvaartmaatschappijen (later Nedlloyd), die elk een aandeel van 12,25 procent in bezit krijgen. Grote broer KLM krijgt in 1968 vijftig procent van de aandelen in handen.
De luchtvaart maakt in die jaren een sterke ontwikkeling door. Bovendien kunnen steeds meer mensen zich een vliegticket veroorloven. Eind jaren zestig betreedt Martinair het straaltijdperk. Een viermotorige DC-8 wordt overgenomen van de KLM. Later volgt ook de DC-9, bedoeld voor korte vluchten, evenals een Fokker F-28. De onderneming groeit intussen zo snel, dat in 1968 een nieuw hoofdkantoor wordt geopend.
In 1971 verlaat het laatste propellervliegtuig de Martinair-vloot. Ook wordt een nieuwe huisstijl geïntroduceerd, waarbij het ‘MAC’-logo van de staart verdwijnt. Deze wordt vervangen door de gestileerde rode M, de paraaf van Martin Schröder. Vandaag de dag voert Martinair nog steeds dit logo.
En nieuwe mijlpaal in de geschiedenis dient zich aan in 1972, als Martinair het eerste widebodyvliegtuig in gebruik neemt. Bij McDonnell Douglas koopt de maatschappij vier DC-10’s, die in enkele dagen zijn om te bouwen voor vervoer van passagiers of vracht.
Zwarte bladzijden
Martinair krijgt in haar historie ook tegenslagen te verwerken. In haar geschiedenis is de maatschappij betrokken geweest bij twee vliegrampen. In 1974 verongelukt een DC-8 op Sri Lanka tijdens het uitvoeren van een hadj-vlucht van Indonesië naar Mekka. De 184 Indonesische passagiers en zeven Nederlandse bemanningsleden kwamen om het leven. In 1992 verongelukt tijdens de landing op het vliegveld van het Portugese Faro een DC-10. Daarbij komen 56 van de 340 inzittenden om het leven.
Begin jaren tachtig is er sprake van een economische terugval. Dat weerhoudt Martinair er niet van om twee Boeing 747’s te bestellen, die in 1987 en 1988 worden afgeleverd. De maatschappij heeft dan ook al gewinkeld bij de nieuwe Europese vliegtuigbouwer Airbus; in Toulouse werden twee ‘convertible’ A310’s besteld. Om ruimte te bieden aan deze grotere toestellen laat Martinair op Schiphol-Oost nieuwe hangaars bouwen.
Een verder uitbreiding van de vloot volgt eind jaren tachtig, wanneer Martinair de eerste Boeing 767 ontvangt. Deze langeafstandstoestellen zijn vooral geschikt voor transatlantische vluchten. Vandaag de dag voert Martinair alle passagiersvluchten uit met een vloot van zes 767’s. Martinair gaat zich begin jaren negentig steeds meer toeleggen op het vrachtvervoer. In 1991 arriveert een derde Boeing 747, die uitsluitend gebruikt wordt voor vrachtvluchten.
Martin Schröder neemt afscheid
De vloot ondergaat in de jaren negentig een verdere modernisering. De DC-10’s worden vervangen door nieuwe MD-11’s, die eveneens zowel passagiers als vracht kunnen vervoeren. Tegenwoordig gebruikt Martinair de driemotorige vliegtuigen alleen nog voor vrachtvervoer. In 1998 neemt Martin Schröder afscheid als president-directeur van Martinair. KLM probeert dat jaar al Martinair volledig in handen te krijgen, maar ‘Brussel’ steekt daar een stokje voor.
Tien jaar later is aan de aandeelhouderssituatie niets veranderd. Maersk, dat Nedlloyd heeft overgenomen, en KLM hebben allebei vijftig procent van de aandelen in handen. KLM, inmiddels overgenomen door Air France maakt er geen geheim van Martinair volledig in te willen lijven. De maatschappij heeft met name belangstelling voor de vrachtactiviteiten van het bedrijf en zou een nieuwe poging willen ondernemen om Martinair volledig in handen te krijgen. Toestemming van de Europese Commissie is daarbij opnieuw een voorwaarde.
De eenentwintigste eeuw begint financieel slecht voor Martinair. Maatregelen zijn noodzakelijk om het bedrijf weer financieel gezond te maken. Zo worden onrendabele intercontinentale lijndiensten geschrapt en stopt Martinair met het uitvoeren van zakenvluchten. De vrachtvloot wordt uitgebreid met een Boeing 747 en een MD-11. In de passagiersvloot worden een Boeing 767 en Boeing 757’s vervangen door nieuwe Airbus A320’s, bedoeld voor intra-Europese vluchten.
Reorganisatie
Slechte financiële resultaten maken het noodzakelijk om te reorganiseren. In 2007 maakt het bedrijf bekend daarom te stoppen met de intra-Europese vluchten. Banen gaan verloren en de drie A320’s verlaten al na slechts enkele jaren de vloot. Ook worden diverse dochterbedrijven, waaronder maaltijdenleverancier Marfo en uitzendonderneming Skyjob, afgestoten. Tevens wordt het belang in de Colombiaanse vrachtmaatschappij Tampa van de hand gedaan.
Met een nieuwe strategie, waarbij alleen nog passagiersbestemmingen in de ‘Greater Caribbean’ worden aangevlogen, hoopt Martinair onder leiding van de nieuwe topman Paul Gregorowitsch weer zwarte cijfers te kunnen schrijven. Daarnaast blijft het vrachtvervoer traditioneel van onmiskenbaar belang voor de vijftigjarige luchtvaartmaatschappij.
Het begon allemaal in 1958. De jonge piloot en luchtvaartondernemer Martin Schröder startte op Schiphol een bedrijfje dat zich toelegde op zowel rondvluchten als charters. Martin’s Air Charter (MAC) was geboren. Het eerste vliegtuig in de vloot was een De Havilland Dove, een tweemotorig propellertoestel.
De eerste buitenlandse bestemming van MAC was Palma de Mallorca. In die tijd een vlucht die vijf uur in beslag nam. Passagiers kregen geen warme maaltijd. De catering bestond uit zelf gesmeerde broodjes en koffie uit een thermoskan.
Begin jaren zestig worden grotere toestellen aan de vloot toegevoegd, zoals de DC-3 Dakota en de DC-4 Skymaster. Aan het eind van het decennium volgt ook de grotere DC-7, waarmee ook verre bestemmingen worden aangevlogen. Inmiddels is MAC al gestart met het uitvoeren van vakantievluchten in opdracht van reisorganisaties.
KLM neemt aandeel
In 1966 wordt de afkorting MAC vervangen door de nieuwe naam Martinair Holland. Grote bedrijven hebben dan al hun interesse in de luchtvaartmaatschappij getoond. Hoofdaandeelhouder Martin Schröder krijgt gezelschap van vier scheepvaartmaatschappijen (later Nedlloyd), die elk een aandeel van 12,25 procent in bezit krijgen. Grote broer KLM krijgt in 1968 vijftig procent van de aandelen in handen.
De luchtvaart maakt in die jaren een sterke ontwikkeling door. Bovendien kunnen steeds meer mensen zich een vliegticket veroorloven. Eind jaren zestig betreedt Martinair het straaltijdperk. Een viermotorige DC-8 wordt overgenomen van de KLM. Later volgt ook de DC-9, bedoeld voor korte vluchten, evenals een Fokker F-28. De onderneming groeit intussen zo snel, dat in 1968 een nieuw hoofdkantoor wordt geopend.
In 1971 verlaat het laatste propellervliegtuig de Martinair-vloot. Ook wordt een nieuwe huisstijl geïntroduceerd, waarbij het ‘MAC’-logo van de staart verdwijnt. Deze wordt vervangen door de gestileerde rode M, de paraaf van Martin Schröder. Vandaag de dag voert Martinair nog steeds dit logo.
En nieuwe mijlpaal in de geschiedenis dient zich aan in 1972, als Martinair het eerste widebodyvliegtuig in gebruik neemt. Bij McDonnell Douglas koopt de maatschappij vier DC-10’s, die in enkele dagen zijn om te bouwen voor vervoer van passagiers of vracht.
Zwarte bladzijden
Martinair krijgt in haar historie ook tegenslagen te verwerken. In haar geschiedenis is de maatschappij betrokken geweest bij twee vliegrampen. In 1974 verongelukt een DC-8 op Sri Lanka tijdens het uitvoeren van een hadj-vlucht van Indonesië naar Mekka. De 184 Indonesische passagiers en zeven Nederlandse bemanningsleden kwamen om het leven. In 1992 verongelukt tijdens de landing op het vliegveld van het Portugese Faro een DC-10. Daarbij komen 56 van de 340 inzittenden om het leven.
Begin jaren tachtig is er sprake van een economische terugval. Dat weerhoudt Martinair er niet van om twee Boeing 747’s te bestellen, die in 1987 en 1988 worden afgeleverd. De maatschappij heeft dan ook al gewinkeld bij de nieuwe Europese vliegtuigbouwer Airbus; in Toulouse werden twee ‘convertible’ A310’s besteld. Om ruimte te bieden aan deze grotere toestellen laat Martinair op Schiphol-Oost nieuwe hangaars bouwen.
Een verder uitbreiding van de vloot volgt eind jaren tachtig, wanneer Martinair de eerste Boeing 767 ontvangt. Deze langeafstandstoestellen zijn vooral geschikt voor transatlantische vluchten. Vandaag de dag voert Martinair alle passagiersvluchten uit met een vloot van zes 767’s. Martinair gaat zich begin jaren negentig steeds meer toeleggen op het vrachtvervoer. In 1991 arriveert een derde Boeing 747, die uitsluitend gebruikt wordt voor vrachtvluchten.
Martin Schröder neemt afscheid
De vloot ondergaat in de jaren negentig een verdere modernisering. De DC-10’s worden vervangen door nieuwe MD-11’s, die eveneens zowel passagiers als vracht kunnen vervoeren. Tegenwoordig gebruikt Martinair de driemotorige vliegtuigen alleen nog voor vrachtvervoer. In 1998 neemt Martin Schröder afscheid als president-directeur van Martinair. KLM probeert dat jaar al Martinair volledig in handen te krijgen, maar ‘Brussel’ steekt daar een stokje voor.
Tien jaar later is aan de aandeelhouderssituatie niets veranderd. Maersk, dat Nedlloyd heeft overgenomen, en KLM hebben allebei vijftig procent van de aandelen in handen. KLM, inmiddels overgenomen door Air France maakt er geen geheim van Martinair volledig in te willen lijven. De maatschappij heeft met name belangstelling voor de vrachtactiviteiten van het bedrijf en zou een nieuwe poging willen ondernemen om Martinair volledig in handen te krijgen. Toestemming van de Europese Commissie is daarbij opnieuw een voorwaarde.
De eenentwintigste eeuw begint financieel slecht voor Martinair. Maatregelen zijn noodzakelijk om het bedrijf weer financieel gezond te maken. Zo worden onrendabele intercontinentale lijndiensten geschrapt en stopt Martinair met het uitvoeren van zakenvluchten. De vrachtvloot wordt uitgebreid met een Boeing 747 en een MD-11. In de passagiersvloot worden een Boeing 767 en Boeing 757’s vervangen door nieuwe Airbus A320’s, bedoeld voor intra-Europese vluchten.
Reorganisatie
Slechte financiële resultaten maken het noodzakelijk om te reorganiseren. In 2007 maakt het bedrijf bekend daarom te stoppen met de intra-Europese vluchten. Banen gaan verloren en de drie A320’s verlaten al na slechts enkele jaren de vloot. Ook worden diverse dochterbedrijven, waaronder maaltijdenleverancier Marfo en uitzendonderneming Skyjob, afgestoten. Tevens wordt het belang in de Colombiaanse vrachtmaatschappij Tampa van de hand gedaan.
Met een nieuwe strategie, waarbij alleen nog passagiersbestemmingen in de ‘Greater Caribbean’ worden aangevlogen, hoopt Martinair onder leiding van de nieuwe topman Paul Gregorowitsch weer zwarte cijfers te kunnen schrijven. Daarnaast blijft het vrachtvervoer traditioneel van onmiskenbaar belang voor de vijftigjarige luchtvaartmaatschappij.