FRANKFURT - Sinds de invoering van een vliegtaks hebben de Duitse regionale luchthavens ongeveer een kwart van hun passagiers verloren, zo blijkt uit onderzoek van Deutsche Bank. Dat verlies dreigt nog groter te worden nu de vliegtaks in april verder verhoogd wordt.
Duitsland heft sinds 2011 een vliegtaks van tussen de 7 en 41 euro per passagier, afhankelijk van de afstand (short-, medium- of longhaul). Die levert de schatkist jaarlijks 1,2 miljard euro op.
Regionale luchthavens, met maximaal 3 miljoen passagiers per jaar, zijn hierdoor hard getroffen. Zij verwelkomen relatief gezien de meest prijsbewuste reizigers. Een deel daarvan is door de prijsverhoging naar buitenlandse luchthavens uitgeweken.
Een goed voorbeeld is Airport Weeze, net over de grens bij Boxmeer (Brabant). Sinds de invoering van de vliegtaks is het aantal passagiers daar meer dan gehalveerd en heeft Ryanair veel lijndiensten geschrapt. Onlangs moest het vliegveld bij de overheid aankloppen voor financiële steun.
Verhoging vliegtaks
Volgend jaar verhoogt de Duitse regering de vliegtaks van 7 tot 41 euro naar 13 tot 59 euro. Dit moet nog eens honderden miljoenen euro's aan belastinginkomsten opleveren en eraan bijdragen dat de klimaatdoelen gehaald worden.
Volgens Deutsche Bank komen de regionale luchthavens hierdoor verder in de problemen. Ook wordt het voor luchtvaartmaatschappijen lastiger om in vlootvernieuwing te investeren. Het scheelt wel dat steeds meer buurlanden, waaronder Nederland, ook een taks invoeren.
Grote luchthavens zoals Frankfurt en München Airport hebben aanzienlijk minder last van de Duitse vliegtaks, aangezien daar veel overstappers komen (die de belasting niet hoeven te betalen). Ook worden die veel door - minder prijsbewuste - zakenreizigers gebruikt.
Bron: Deutsche Bank Research