ROME - De hoogste rechtbank in Italië heeft maandag gezegd dat er “een overweldigende hoeveelheid” bewijs is dat een Italiaans verkeersvliegtuig in 1980 werd neergeschoten door een projectiel afkomstig van een gevechtsvliegtuig. Daarbij kwamen destijds alle 81 inzittenden om het leven.

De nog steeds onopgeloste crash houdt Italië al meer dan drie decennia bezig. Het vliegtuig, een DC-9 van de inmiddels opgeheven maatschappij Itavia dat op weg was van Bologna naar Palermo, viel op 27 juni 1980 rond negen uur ‘s avonds abrupt uit de lucht nabij het eiland Ustica in de buurt van Sicilië. De piloot had even daarvoor een routinemededeling aan de luchtverkeersleiding gedaan, dat hij op het punt stond de daling in te zetten.

Op de later teruggevonden voice cockpit recorder is nog een schreeuw van verbazing te horen en daarna niets meer. Het vliegtuig verdween destijds van de radarschermen. Waardoor de DC-9 als een dood vogeltje uit de lucht viel is altijd een mysterie gebleven. Een van serieuze mogelijkheden waar onderzoekers vanaf het begin rekening mee hebben gehouden is dat het burgervliegtuig per ongeluk betrokken raakte bij een militaire oefening of confrontatie.

Mogelijk was een Libisch gevechtsvliegtuig dat het Italiaanse luchtruim was binnengedrongen het doelwit en werd de DC-9 per ongeluk geraakt door een ‘air-to-air missile’. Functionarissen van alle Westerse luchtmachten in het gebied (Italië, Frankrijk en de Verenigde Staten) hebben steeds gezegd dat er die avond in de regio geen militaire activiteit was. Ook Libië ontkende naderhand iets met de crash te maken te hebben.

Het Italiaanse persagentschap LaPresse zei maandag dat de hoogste rechter een eerdere uitspraak over de crash van een juridisch hof in Palermo heeft bevestigd: het toestel is neergeschoten. De Italiaanse staat wordt nalatigheid verweten en moet alsnog compensatie betalen aan de nabestaanden.

Van onze redactie