De capaciteit in de passagiersluchtvaart, gemeten in aantal stoelen, is volledig hersteld van de coronacrisis. In het tweede kwartaal gaat de capaciteit nieuwe recordniveaus bereiken: zowel wereldwijd als in West-Europa. Dat blijkt uit een analyse van luchtvaartdatabureau OAG.
Globaal worden er volgens de huidige vluchtschema’s ruim 1,5 miljard vliegtuigstoelen gevlogen in het tweede kwartaal van 2024 (april-juni). Dat is 7,7 procent meer dan in het tweede kwartaal van 2023, en 4,1 procent meer dan in 2019, het laatste jaar voor de coronacrisis.
Ook in West-Europa is de capaciteit in de passagiersluchtvaart volledig hersteld. In het tweede kwartaal worden er daar 326 miljoen vliegtuigstoelen gevlogen: 1,4 procent meer dan in het tweede kwartaal van 2019, het voorheen beste jaar ooit.
Wel zijn er binnen West-Europa grote verschillen: in landen als Spanje (+10,8 procent) en Italië (+13,3 procent) ligt de capaciteit ruim boven de niveaus van 2019, terwijl de luchtvaartsector in Duitsland ver achterblijft (-15,5 procent). In het VK ligt de capaciteit 1 procent lager dan in 2019.
Duitsland geldt economisch gezien inmiddels weer als de ‘zieke man van Europa’. Daar heeft ook de luchtvaart last van. Het land loopt qua digitalisering ver achter en de industrie heeft er veel last van de hogere energieprijzen, mede door de sancties tegen Rusland en de snelle vergroening. Ook de gestegen rente is van invloed, met name op de woningmarkt.
Verder houden Duitsers wat betreft hun reisgedrag meer rekening met het klimaat dan de inwoners van veel andere landen, en is het aantal binnenlandse vluchten er sterk verminderd.
Nederland
OAG heeft geen exacte cijfers van de luchtvaartcapaciteit in Nederland gepubliceerd, maar die zal in het tweede kwartaal naar verwachting nog net niet volledig hersteld zijn ten opzichte van 2019. De regionale luchthavens van Rotterdam en Eindhoven vestigen steeds weer nieuwe records, maar Schiphol, de belangrijkste luchthaven, blijft nog wat achter.