Ik begrijp het niet. Waarom stijgt het aantal besmettingen? Waarom groeien de beurzen wereldwijd naar recordhoogtes? Hoe kan het dat de vraag naar piloten in de hele wereld opeens enorm toeneemt, terwijl net duizenden van mijn collega’s ontslagen zijn? Wel mondkapjes, geen mondkapjes, één vaccinatie, twee vaccinaties, drie vaccinaties, toe maar! Of toch geen vaccinaties? Ik begrijp het echt niet.
Air France-KLM probeert het hoofd boven water te houden, terwijl ze over de afgelopen anderhalf jaar op een omzet van 20 miljard euro met ruim 10 miljard euro het grootste verlies uit hun geschiedenis hebben geleden. Dan hebben we nog niet eens over de totale schuld, die in het derde kwartaal is blijven steken op 8 miljard euro. Dat er nog gevlogen wordt, is niets minder dan een wonder.
Waarom doen al die bedrijven en sectoren waar het heel slecht mee gaat net alsof het leed is geleden en dat de weg omhoog is ingezet? Ja ja, er is overal financiële steun vanuit de overheid, maar hoe komen die dan weer aan het geld? Vóór de pandemie werd ieder overheidsdubbeltje tien keer omgedraaid en overheidssteun was een vies woord. Vlak voordat COVID-19 toesloeg, kocht minister Hoekstra voor 774 miljoen euro een belang van veertien procent in Air France-KLM. Inmiddels is dat belang door uitgifte van nieuwe aandelen enorm verwaterd. De staat is nu voor minder dan tien procent eigenaar en helpt het bedrijf met garanties en leningen voor een totaalbedrag van 3,4 miljard euro. Bijna vijf keer het bedrag waarvoor de aandelen werden gekocht! Wie begrijpt het nog?
De enige bedrijven die goed gaan zijn de Amazons en Bol.coms van deze wereld en natuurlijk de logistieke- en vervoersbedrijven die alle bestellingen afleveren. Dat begrijp ik dan weer wel. Maar waar ik werkelijk helemaal niets van begrijp is die onwaarschijnlijke waardestijging van de cryptomunten. Vorige week hoorde ik van een jonge copiloot dat hij met vliegen ging stoppen. Hij had inmiddels enkele tonnen verdiend met bitcoins en zijn nieuwe beroep was ‘Crypto-advisor and influencer.’ Ik dacht alleen nog maar aan de tulpenmanie, de allereerste economische bubbel die in 1637 uiteenspatte.
Maar misschien moet ik me niet bemoeien met dingen die ik niet begrijp. Er zijn gelukkig een paar dingen die ik wel heel goed begrijp, zoals het wonder van een vliegtuig dat opstijgt. Daar heb ik voor geleerd en dat begrijp ik inmiddels heel goed, in tegenstelling tot al die mensen die het niet begrijpen en nog steeds bang zijn. Of roepen dat vliegtuigen de grote boosdoener zijn. Johan zou het zeker weer gezegd hebben: “Je gaat het pas zien als je het doorhebt!”