De levering van de eerste Deense F-16's aan Oekraïne duurt mogelijk maanden langer dan gehoopt. De Deense krant Berlingske bericht dat de zes gevechtsvliegtuigen naar verwachting pas in het tweede kwartaal naar het Oost-Europese land worden overgebracht.
Denemarken en Nederland namen vorig jaar het voortouw bij plannen om Oekraïne te voorzien van de westerse gevechtsvliegtuigen. Premier Mette Frederiksen had de hoop uitgesproken dat haar land de eerste F-16's rond de jaarwisseling zou kunnen leveren, maar dat lijkt niet te lukken.
Het Deense ministerie van Defensie zegt volgens de krant dat de timing van de levering afhangt van een aantal factoren. Zo moeten Oekraïense piloten worden getraind in het gebruik van de westerse F-16's. Ook moeten de vliegvelden in Oekraïne klaar zijn voor de toestellen.
Berlingske schrijft dat momenteel zes Oekraïense piloten trainen in Denemarken op het gebruik van de F-16. Andere Europese landen ondersteunen die training, bijvoorbeeld door toestellen te sturen die daarbij gebruikt kunnen worden.
Westerse landen leveren Oekraïne steeds meer geavanceerde wapens om in te zetten tegen de Russische invasiemacht. Denemarken heeft aangegeven uiteindelijk negentien F-16's beschikbaar te stellen. Het land schaft voor de eigen luchtmacht moderne F-35's aan.
De Nederlandse regering maakte in december bekend op termijn achttien F-16's te leveren aan Oekraïne. Het is niet bekend wanneer dat gebeurt. Er moet volgens de regering aan een aantal criteria worden voldaan. Zo moet Oekraïne beschikken over gekwalificeerd personeel en de juiste infrastructuur.