De januari-cijfers 2009 ten opzichte van het voorgaande jaar zijn  niet misselijk. Alle vier grote hubs in Europa, die ook wel te boek  staan met de minder lyrische naam van ‘FLAP-luchthavens’, duiken stevig  in de min wat de passagierscijfers betreft. Over de vrachtcijfers praten  we maar liever even niet. 
 Frankfurt maakt de diepste duik, maar daar valt weinig troost uit te  putten. Lufthansa-personeel ging in die maand in staking, de sneeuw was  niet weg te krijgen van de luchthaven en over de weersverachting moesten  de piloten in het duister tasten omdat het weersvoorspellingssysteem  van de Deutsche Flug Sicherung het liet afweten. Gevolg: honderden  vluchten op Frankfurt Airport uitgevallen met als resultaat ruim tien  procent in de min bij de passagiers, terwijl Schiphol de schade nog kon  beperken tot iets minder dan 10 procent. Maar neemt u van mij aan, dat  gebeurt die Duitsers geen tweede keer. Dus reken in februari maar op een  minder diepe duik dan in januari. Voor Schiphol ben ik daar niet zo  zeker van. Het tempo waarmee de lokale markt wegsmelt, is uniek:  -18  procent. Blijkbaar is de transfer nog op peil te houden, maar niemand  vertelt erbij hoe hard de yield daar daalt. Ook daar komt een keer een  einde aan de prijslokkertjes. Kortom de combinatie van vliegtax en  recessie begint het vervoersvolume op Schiphol behoorlijk te  ondermijnen. En dat ga je een keer in je netwerk voelen. 
 Nu wil ook nog eens het toeval, dat vlak nadat de zomerdienstregeling  2009 een feit zal zijn en de slotcoördinator met een berg aan  ingeleverde slots op zijn bureau zit, (hij verwacht dat we zelfs onder  400.000 vliegtuigbewegingen kunnen eindigen in 2009), ook nog eens even  de staatsgaranties voor de 42 intercontinentale sleutelbestemmingen  aflopen. U weet wel, de door de Nederlandse Staat bedongen garanties bij  de start van de samenwerking Air France-KLM om voor tenminste 5 jaar  die sleutelbestemmingen vanaf Schiphol te blijven bedienen. Blijkbaar  had de Nederlandse overheid alle vertrouwen in een prachtige  samenwerking tussen beide carriers, maar toch, we hebben de Fransen  eerder op bezoek gehad en dat experiment met de Bataafse Republiek is  indertijd ook  niet helemaal tot volle tevredenheid van alle partijen  afgelopen. Dus dat dat gezonde stukje wantrouwen van de kruidenier die  op de kleintjes let zo nu en dan toch om de hoek komt, is niet  verwonderlijk. Dus ook in 2003 voor alle zekerheid toch maar even iets  op papier gezet: waarde alliantiepartners, wilt u hier even tekenen om  te voorkomen dat het netwerk naar Parijs verhuist. En zo is het gebeurd:  beloofd is beloofd, Parijs Charles de Gaulle en Amsterdam blijven een  dual hub systeem, ook nog na die eerste vijf jaar tot 2012.  
 Wie trouwens heeft verzonnen dat na mei 2009 nog de garantie van een  evenwichtige hubontwikkeling zou blijven gelden, blijkt dat bijvoeglijk  naamwoord uit zijn of haar duim te hebben gezogen. Na mei 2009 moet het  ‘dual hub systeem’ gewoon voortgezet worden. Dat geeft weliswaar een  warm gevoel van binnen, maar iedereen aan wie je vraagt wat dat precies  betekent, begint wat verwilderd om zich heen te kijken. Hoe dan ook, de  Nederlandse overheid heeft zich tot nu toe zorgen gemaakt voor niets.  Want laten we eerlijk zijn. Schiphol heeft het beter gedaan dan Charles  de Gaulle. We zijn op Schiphol wat bestemmingen in het Midden-Oosten  kwijt geraakt. Maar je vraagt je af of we daar nu zo rouwig om moeten  zijn. Bovendien zijn een paar andere bestemmingen onze kant opgekomen.  Dus tot nu toe zit het wel goed met dat netwerk op Schiphol.
 Alleen die cijfers over januari blijven wat knagen. Charles de Gaulle  zat op zo’n min 6 procent in het aantal passagiers. En voor de meeste  intercontinentale bestemmingen is de lokale markt van het Ȋle de France  toch een graadje steviger dan de Randstad. Dus stel dat de markt op  Schiphol en Charles de Gaulle zo fors blijft krimpen als de  januari-cijfers aangeven, dan moet je wel wat doen aan je frequenties en  routes. En dan kan ik me goed voorstellen dat een aantal zowel vanaf  Parijs als Schiphol bediende bestemmingen even alleen vanaf Parijs  worden bediend en dat we met z’n allen voorlopig even wat vaker via  Parijs moeten overstappen. Dat heeft niets te maken met Frans  protectionisme, want luchtvaart is geen auto-industrie.
 Toch vind ik de manier, waarop die man in die witte jas, met dat potlood  achter zijn oor, die zijn klanten pleegt te trakteren op de vraag: ”Mag  het een onsje meer zijn?”, tegen de zaken aankijkt, wel heel  vertrouwenwekkend in deze tijd van recessie. Als ik daar nog eens over  nadenk zou het misschien wel verstandig zijn als de Nederlandse overheid  vóór het aflopen van de huidige staatgaranties zo snel mogelijk een  schone witte jas aantrekt, het potlood achter het oor steekt en het  bestelboekje in haar valies steekt om aldus gewapend naar Parijs af te  reizen. De boodschap is duidelijk. Van Nederlandse zijde bestaat er alle  begrip voor frequentie- en netwerkaanpassingen in deze barre tijden,  maar als de economie weer een beetje aantrekt zouden we toch wel graag  weer even de bestelling willen noteren voor een degelijk netwerk op  Schiphol. Als de Fransen dan even willen tekenen voor de nieuwe  sleutelbestemmingen, bieden de in het verleden behaalde resultaten ook  weer garantie voor de toekomst. Want ja, de luchtvaart is geen  auto-industrie, maar gelukkig ook geen financiële sector.  
 Overigens, als u wat meer wilt weten van de consolidatie in de Europese  luchtvaartindustrie en hoe daar tegenaan gekeken wordt door de oud  topman van Northwest, Mike Levine, dan bent u van harte welkom bij de  jaarlijkse Airneth Lezing in het Sheraton hotel op Schiphol op 11 maart  aanstaande. Wel even registreren op de website van Airneth.
Jaap de Wit   
 Directeur Airneth
www.airneth.nl
					
                
			Ontvang een jaar lang 30% korting op het beste van Luchtvaartnieuws en Zakenreisnieuws. Krijg onbeperkt toegang tot al het nieuws en de bijbehorende Apps. Ontvang tevens 12 maanden het Luchtvaartnieuws Magazine in de mail of op de mat.