DEN HAAG - De Nederlandse F-16-gevechtsvliegtuigen hebben er al duizend uur opzitten boven Libië. Sinds het begin van de missie eind maart hebben ze ruim tweehonderd vluchten uitgevoerd om het vliegverbod boven het Noord-Afrikaanse land en het wapenembargo te controleren. Dat heeft Defensie woensdag gemeld.

De zes F-16's vliegen vanaf een vliegbasis op het Italiaanse eiland Sardinië. De straaljagers worden voor de NAVO-operatie Unified Protector ingezet om eventuele ongeoorloofde vluchten boven Libië op te sporen. Ook kunnen ze verdachte vliegtuigen dwingen het Libisch luchtruim te verlaten. Maar dat hebben de Nederlanders tot dusver niet hoeven doen, aldus een woordvoerster van Defensie.

Ook de mijnenjager Hr. Ms. Haarlem doet mee aan de operatie, waarbij in totaal ongeveer tweehonderd Nederlandse militairen betrokken zijn.

De ministers Uri Rosenthal (Buitenlandse Zaken) en Hans Hillen (Defensie) benadrukten vorige week in antwoord op vragen van GroenLinks dat Nederlanders en Nederlandse eenheden geen bombardementen uitvoeren op gronddoelen.
De F-16's worden wel ingezet om vliegtuigen van NAVO-partners te beschermen die wel doelen op de grond bestoken. Ook vergaren Nederlanders inlichtingen over gronddoelen.

GroenLinks wilde een overzicht van alle internationale militaire acties, waaronder ook luchtaanvallen, waaraan Nederland direct of indirect heeft meegedaan. Maar de bewindslieden kunnen dat om “operationele redenen” niet geven.

(c) ANP