LELYSTAD - Het verzoek van Lelystad Airport om de luchthaven uit te mogen breiden is door het Ministerie van Verkeer en Waterstaat in behandeling genomen. Dit officiële Aanwijzingsverzoek voor de uitbreiding (baanverlenging tot 2.100 meter) had de luchthaven op 15 september ingediend. Onderdeel van de procedure is het uitvoeren van een onderzoek naar de effecten van de voorgestelde uitbreiding van Lelystad Airport op het milieu.
De startnotitie voor deze milieu-effectrapportage uitbreiding Lelystad Airport wordt vanaf 5 januari 2006 voor een periode van zes weken ter inzage gelegd. In de startnotitie wordt aangegeven welke milieu-effecten worden onderzocht. In de periode van zes weken kunnen voorstellen voor het uit te voeren onderzoek worden ingediend. Zodra alle voorstellen zijn verzameld, zal de Commissie voor de MER hierover advies uitbrengen aan de Minister van Verkeer en Waterstaat. Deze bepaalt vervolgens welke milieu-aspecten van het voorgestelde luchthavengebruik onderzocht moeten worden.
Het Aanwijzingsverzoek van Lelystad Airport is een logisch vervolg op de Planologische Kernbeslissing (PKB) voor de luchthaven Lelystad, die in 2004 door het kabinet is vastgesteld.
Deze PKB biedt Lelystad Airport ruimte voor circa 74.100 vliegtuigbewegingen met grotere vliegtuigen en helikopters. In haar verzoek voor een nieuwe aanwijzing heeft Lelystad Airport gevraagd om circa 60.000 vliegtuigbewegingen (zogenoemd Ke-verkeer). Hiermee is er dan ruimte voor het bestaande gebruik van Lelystad Airport en een deel van het vliegverkeer dat nu nog op Schiphol Oost plaats vindt. Daarvan is een beperkt deel (circa 14.000) bedoeld voor grotere vliegtuigen zoals de Boeing 737 en Airbus A 320. Hiermee wordt het mogelijk per dag circa 20 passagiersvluchten uit te voeren naar Europese bestemmingen. De overige bewegingen zijn gereserveerd voor helikopterverkeer (circa 30.000) en kleiner verkeer. Daarnaast is een geringe groei mogelijk van het bestaande verkeer met kleine, meest eenmotorige, vliegtuigen.
Twee MER - trajecten
Als gevolg van een uitspraak van de Raad van State eerder dit jaar moet alsnog voor het huidige gebruik van de luchthaven een milieu-effectrapportage worden opgesteld door het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Op dit moment zijn er twee MER trajecten, één voor het huidige gebruik (MER Fase 1) en één voor het toekomstige gebruik (MER Fase 2). De Raad van State heeft op 1 december geoordeeld dat het Ministerie van Verkeer en Waterstaat uiterlijk 1 augustus 2006 de milieu-effectrapportage voor het huidige gebruik van Lelystad Airport (MER Fase 1) moet hebben afgerond en een beslissing moet hebben genomen op eerder ingebrachte bezwaren.
Lelystad Airport meldt in een persbericht er naar te streven dat de milieu-effectrapportage voor het toekomstige gebruik (MER Fase 2) eveneens op 1 augustus 2006 gereed te hebben, zodat op dat moment volledig inzicht bestaat in de milieu-effecten van het huidige en het toekomstige gebruik van Lelystad Airport. Na 5 januari zal Lelystad Airport een uitgebreide campagne starten om de bevolking zo volledig mogelijk te informeren over de geplande ontwikkeling van de luchthaven.
De startnotitie voor deze milieu-effectrapportage uitbreiding Lelystad Airport wordt vanaf 5 januari 2006 voor een periode van zes weken ter inzage gelegd. In de startnotitie wordt aangegeven welke milieu-effecten worden onderzocht. In de periode van zes weken kunnen voorstellen voor het uit te voeren onderzoek worden ingediend. Zodra alle voorstellen zijn verzameld, zal de Commissie voor de MER hierover advies uitbrengen aan de Minister van Verkeer en Waterstaat. Deze bepaalt vervolgens welke milieu-aspecten van het voorgestelde luchthavengebruik onderzocht moeten worden.
Het Aanwijzingsverzoek van Lelystad Airport is een logisch vervolg op de Planologische Kernbeslissing (PKB) voor de luchthaven Lelystad, die in 2004 door het kabinet is vastgesteld.
Deze PKB biedt Lelystad Airport ruimte voor circa 74.100 vliegtuigbewegingen met grotere vliegtuigen en helikopters. In haar verzoek voor een nieuwe aanwijzing heeft Lelystad Airport gevraagd om circa 60.000 vliegtuigbewegingen (zogenoemd Ke-verkeer). Hiermee is er dan ruimte voor het bestaande gebruik van Lelystad Airport en een deel van het vliegverkeer dat nu nog op Schiphol Oost plaats vindt. Daarvan is een beperkt deel (circa 14.000) bedoeld voor grotere vliegtuigen zoals de Boeing 737 en Airbus A 320. Hiermee wordt het mogelijk per dag circa 20 passagiersvluchten uit te voeren naar Europese bestemmingen. De overige bewegingen zijn gereserveerd voor helikopterverkeer (circa 30.000) en kleiner verkeer. Daarnaast is een geringe groei mogelijk van het bestaande verkeer met kleine, meest eenmotorige, vliegtuigen.
Twee MER - trajecten
Als gevolg van een uitspraak van de Raad van State eerder dit jaar moet alsnog voor het huidige gebruik van de luchthaven een milieu-effectrapportage worden opgesteld door het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Op dit moment zijn er twee MER trajecten, één voor het huidige gebruik (MER Fase 1) en één voor het toekomstige gebruik (MER Fase 2). De Raad van State heeft op 1 december geoordeeld dat het Ministerie van Verkeer en Waterstaat uiterlijk 1 augustus 2006 de milieu-effectrapportage voor het huidige gebruik van Lelystad Airport (MER Fase 1) moet hebben afgerond en een beslissing moet hebben genomen op eerder ingebrachte bezwaren.
Lelystad Airport meldt in een persbericht er naar te streven dat de milieu-effectrapportage voor het toekomstige gebruik (MER Fase 2) eveneens op 1 augustus 2006 gereed te hebben, zodat op dat moment volledig inzicht bestaat in de milieu-effecten van het huidige en het toekomstige gebruik van Lelystad Airport. Na 5 januari zal Lelystad Airport een uitgebreide campagne starten om de bevolking zo volledig mogelijk te informeren over de geplande ontwikkeling van de luchthaven.
