DEN HAAG - De Nederlandse Spoorwegen zijn niet in staat met een planning voor de invoering van hun OV-chipkaart te komen. Dit meldt het ministerie van Verkeer en Waterstaat. De openbaar vervoerbedrijven RET en Connexxion kwamen met een planning en een voorstel voor een go/no-go beslissing in 2006 voor alléén het Nederlandse stad- en streekvervoer in het tweede kwartaal 2006.
Het voorstel zou alleen haalbaar zijn met harde toezeggingen van NS, zodat de minister ervan verzekerd is dat er voor de reiziger uiteindelijk één OV-chipkaart voor het hele openbaar vervoer komt. NS geeft de gewenste harde toezeggingen op dit moment niet.
Met de nu voorliggende informatie en de ontbrekende planning van NS kan verkeersminister Peijs dit jaar geen zorgvuldig besluit nemen over de invoering van de chipkaart ter vervanging van de huidige nationale vervoersbewijzen. Dit heeft de minister donderdag (1 september) in een brief aan de Tweede Kamer laten weten. Zij schrijft verder dat zij een onafhankelijk onderzoek instelt om tot een goede afweging te kunnen komen. Zij zal daarbij onder meer kijken naar de achtergronden van de vertraging bij de vervoersbedrijven en de financiële en planningtechnische gevolgen. Zij zal hiervoor medewerking van de vervoerbedrijven vragen.
De minister is verantwoordelijk voor de nationale openbaar vervoersbewijzen. Voordat zij overgaat tot een besluit om het huidige systeem af te schaffen, wil de minister zekerheid over de betrouwbaarheid en de planning van een nieuw systeem. Oorspronkelijk zou de minister in september een besluit nemen. De vervoerbedrijven zouden op basis van de proef in Rotterdam informatie opleveren op basis waarvan de minister een verantwoord besluit kan nemen. Na eerdere vertragingen van de proef en op basis van informatie en voortgangsrapportages van de bedrijven had de minister een deadline gesteld voor informatie op 15 augustus.
Het voorstel zou alleen haalbaar zijn met harde toezeggingen van NS, zodat de minister ervan verzekerd is dat er voor de reiziger uiteindelijk één OV-chipkaart voor het hele openbaar vervoer komt. NS geeft de gewenste harde toezeggingen op dit moment niet.
Met de nu voorliggende informatie en de ontbrekende planning van NS kan verkeersminister Peijs dit jaar geen zorgvuldig besluit nemen over de invoering van de chipkaart ter vervanging van de huidige nationale vervoersbewijzen. Dit heeft de minister donderdag (1 september) in een brief aan de Tweede Kamer laten weten. Zij schrijft verder dat zij een onafhankelijk onderzoek instelt om tot een goede afweging te kunnen komen. Zij zal daarbij onder meer kijken naar de achtergronden van de vertraging bij de vervoersbedrijven en de financiële en planningtechnische gevolgen. Zij zal hiervoor medewerking van de vervoerbedrijven vragen.
De minister is verantwoordelijk voor de nationale openbaar vervoersbewijzen. Voordat zij overgaat tot een besluit om het huidige systeem af te schaffen, wil de minister zekerheid over de betrouwbaarheid en de planning van een nieuw systeem. Oorspronkelijk zou de minister in september een besluit nemen. De vervoerbedrijven zouden op basis van de proef in Rotterdam informatie opleveren op basis waarvan de minister een verantwoord besluit kan nemen. Na eerdere vertragingen van de proef en op basis van informatie en voortgangsrapportages van de bedrijven had de minister een deadline gesteld voor informatie op 15 augustus.