Griekenland veroordeeld vanwege nalatigheid steun Olympic Airways

12 mei 2005 - 2:00
LUXEMBURG - Het Europese hof van justitie heeft Griekenland veroordeeld omdat het niet alle maatregelen heeft genomen die nodig waren voor de terugvordering van de aan Olympic Airlines verleende steun. In 1998 heeft de Europese Commissie een aantal Griekse steunmaatregelen voor de herstructurering van de onderneming Olympic Airways (voor de periode 1998-2002) goedgekeurd. In de praktijk blijkt dat de Griekse regering de gestelde voorwaarden niet heeft nageleefd.

In 2002 heeft de Commissie daarom een zogenaamde niet-nakomingsprocedure ingeleid, op grond dat het herstructureringsplan niet was uitgevoerd. Vervolgens heeft de Commissie melding gemaakt van nieuwe exploitatiesteun, die met name zou bestaan in de tolerantie van de Griekse Staat ten aanzien van het niet betalen, of het uitstellen van de termijn voor de betaling, van de BTW op brandstoffen en vervangstukken van vliegtuigen, van de aan de luchthavens verschuldigde huursommen in de periode 1998-2001 (2,46 miljoen EUR), van de aan de luchthaven te Sparta verschuldigde luchthavenbelastingen (33,9 miljoen EUR) en van een passagiersheffing bij vertrek vanuit alle Griekse luchthavens (61 miljoen EUR).

Om die reden heeft de Commissie Griekenland gelast een bedrag van 41 miljoen EUR en de nieuwe exploitatiesteun die onwettig was toegekend, terug te vorderen met een rentetoeslag.

Intussen had Griekenland een wet goedgekeurd betreffende de overgang op de nieuwe vennootschap Olympic Airlines van het personeel en de activa van de voormalige onderneming Olympic Airways, die evenwel de meeste passiva behield.

Het Hof van Justitie vindt dat deze overgang betrekking heeft op alle activa van de maatschappij Olympic Airways, die vrij van schulden overgaan op de nieuwe vennootschap Olympic Airlines, en de invordering van de schulden van de voormalige maatschappij bij de nieuwe vennootschap volgens het nationale recht onmogelijk heeft gemaakt. Daarom heeft deze overgang de daadwerkelijke uitvoering van de beschikking van de Commissie en de terugvordering van de bedragen waarmee de Griekse staat de commerciële activiteiten van de maatschappij heeft ondersteund, belemmerd.

Wat de terugvordering van het bedrag van 41 miljoen EUR betreft, wijst het Hof erop dat de acties die de Griekse autoriteiten hebben ondernomen in de praktijk niet tot de betaling van dit bedrag hebben geleid. Bovendien heeft de Griekse regering niet aangetoond dat het volstrekt onmogelijk is, deze schuld te vorderen. Griekenland is de verplichting om dit bedrag van de begunstigde maatschappij terug te vorderen, dan ook niet nagekomen, vindt het hof.

Het Hof is van oordeel dat het beroep van de Commissie gegrond is, en dat Griekenland, door niet binnen de gestelde termijn alle maatregelen te nemen om het geld terug te vorderen, de op haar rustende verplichtingen niet is nagekomen.







Copyright Reismedia BV 2024 - Cookieinstellingen